Het Lage-inkomensvoordeel (LIV) is een jaarlijkse tegemoetkoming voor werkgevers die werknemers in dienst hebben met een laag loon. Door het LIV dalen de loonkosten voor de werkgever en moet het bedrijven stimuleren om werknemers in dienst te houden of te nemen. Het recht op en de hoogte van het LIV wordt vastgesteld in het jaar na het kalenderjaar waarover het LIV wordt berekend.
Twee wijzigingen
Het LIV wordt op twee onderdelen gewijzigd. Het eerste onderdeel betreft een incidentele verhoging van de hoogte van de LIV-tegemoetkoming over 2022 en 2023 in verband met de bijzondere verhoging van het wettelijk minimumloon per 1 januari 2023. Deze incidentele verhoging wordt uitbetaald in 2023 en 2024. Dit biedt steun aan werkgevers die werknemers met een inkomen tussen 100% en 125% WML in dienst hebben. Uitbetaling van het LIV in 2023 vergt aanpassing van het LIV over 2022 en daarmee een wetswijziging die met terugwerkende kracht moet worden ingevoerd.
De absolute bovengrens is het tweede onderdeel. Er wordt een grondslag gecreëerd om bij ministeriële regeling de absolute bovengrens van het uurloon uit artikel 3.1 van de Wtl voor het kalenderjaar 2024 te verlagen. Dit heeft effect op de uit te betalen LIV in 2025.
Verruiming vergoeding
De vergoeding per verloond uur wordt eenmalig met terugwerkende kracht over 2022 verhoogd van € 0,49 naar € 0,78 per verloond uur per werknemer. De maximale vergoeding wordt eenmalig met terugwerkende kracht over 2022 verhoogd van € 960 naar € 1.520 per werknemer per kalenderjaar. Het LIV van 2022 wordt uitbetaald in 2023.
Over 2023 wordt het LIV verhoogd van € 0,49 naar € 0,63 per verloond uur. De maximale vergoeding wordt over 2023 dan maximaal € 1.242 per werknemer per kalenderjaar. Het LIV van 2023 wordt uitbetaald in 2024.